Wie niet beter weet, zou er zo voorbij rijden: in het Achterhoekse Lochem bevindt zich één van de grootste producenten van spinnewielen, weefgetouwen en kaardmolens ter wereld, Louët BV. Sinds vorig jaar worden deze producten machinaal gelakt met de watergedragen lak Bluefin Unistar van de Oostenrijkse verf- en lakproducent ADLER.
Naast keukens en interieurbouw houdt ‘Louët BV’ zich al bijna vijftig jaar bezig met de productie van authentieke handwerkproducten. De spinnewielen, weefgetouwen, kaardmolens en bijpassende accessoires van Louët worden wereldwijd verkocht aan tienduizenden actieve gebruikers: van Japan en de Verenigde Staten tot Australië en Nieuw-Zeeland.
“Met onze circa dertig medewerkers doen we op ongeveer 2.000 m² productieruimte vrijwel alles inhouse. Zowel de volledige productie, van boom tot product, als de montage, sales en warehouse”, vertelt Paul Vervoorn, algemeen directeur van Louët. “Ook zetten we onze handwerkproducten zelf in de blanke lak.”
Voorheen spoot het bedrijf de producten met de hand, ook al met watergedragen lak – maar sinds vorig jaar helpt een machinale lakstraat hierbij. De lak die hierbij nu wordt gebruikt is de watergedragen lak Bluefin Unistar van ADLER.
Hoe ging die overstap in zijn werk? “Onze toenmalige lakleverancier verkocht niet de juiste lak voor het machinaal spuiten in onze lakstraat”, vertelt Vervoorn. Daarom deed het bedrijf na aanschaf van de lakstraat diverse proeven met lakken op waterbasis van verschillende verf- en lakleveranciers. ADLER kwam hierbij uiteindelijk als beste uit de bus. “We waren heel tevreden met de prijs-/kwaliteitsverhouding. Ook op aspecten als snelheid, kwaliteit en leverbetrouwbaarheid scoorde ADLER hoog. Onze klanten lijken het met ons eens te zijn, want tot op heden hebben we nog geen klachten ontvangen.”
Een belangrijke rol in het gehele proces speelde commercieel technisch adviseur Jeffrey Gerritse van ADLER Benelux in Heeze. Hij gaf Louët advies over de geschiktheid van de verschillende ADLER-lakken voor de handwerkproducten. Dat deed hij in samenspraak met de Louët-medewerkers in de lakstraat. Hoe kijkt Vervoorn hierop terug? “Het proces is vrij soepel verlopen. In het begin was het wel even schakelen en moesten we een aantal zaken wat beter op elkaar afstemmen.”
Het bedrijf heeft er inmiddels bijvoorbeeld bewust voor gekozen de handwerkproducten 1K te spuiten. Reden hiervoor is dat 1K-lak goed te hergebruiken is: “We spuiten onze producten eerst met grondlak, daarna met aflak. De restanten vangen we op en gebruiken we daarna weer als grondlak”, aldus Vervoorn. Met 2K-lak is dat in verband met de beperkte open pottijd lastig. Het nadeel van 1K is echter dat de droogtijd hier iets langer is.
“Gerritse heeft ons toen goed geadviseerd wat te doen, hij heeft veel kennis over het vakgebied”, aldus Vervoorn. “Daarnaast is het prettig dat hij altijd goed bereikbaar is en goed met ons meedenkt bij de verdere optimalisatie van onze processen.”
Ook Gerritse is te spreken over het contact: “Naast de persoonlijke klik was het fijn dat Louët openstond voor verschillende tests die we hebben gedaan. Zo konden we uiteindelijk het best passende product voor de toepassing leveren.”
De volgende stap is volgens Vervoorn om ook de lakken voor de keuken- en interieurbouwtak van het bedrijf bij ADLER Benelux af te nemen. “In de toekomst willen we daarnaast als bedrijf volledig overstappen op lakken op waterbasis.”